Dag van de overprikkeling

Vandaag staan we stil bij de dag van de overprikkeling. Hierbij hebben we iemand geïnterviewd die last heeft van verschillende mentale klachten en niet de hulp krijgt die ze echt nodig heeft. Dit sluit goed aan bij de dag van de overprikkeling. Momenteel is  zij 18.5 jaar. Vanwege privacy redenen vermelden we haar naam niet.  

Toen ze 13 was had ze al moeite met dwangmatige gedachten en perfectionisme, wat zich vooral uitte in haar schoolprestaties. Ze was continu bezig met leren en huiswerk maken en kon pas stoppen toen alles had gedaan en het ook perfect had gedaan. Hiervoor heeft ze een half jaar laagdrempelige hulp gekregen.

Rond haar zestiende kreeg ze last van een eetstoornis. Hiervoor is ze uiteindelijk ook opgenomen in het ziekenhuis. Ze werd aangemeld bij de GGZ maar moest wel wachten totdat er plek voor haar was. In de tijd tussen het ziekenhuis en de GGZ behandeling is ze een week opgenomen bij de crisisdienst van een andere GGZ-instelling. Hier heeft ze geen goeie herinneringen aan. Tijdens haar opname werd er door de leidinggevende niet gekeken naar haar voedingsadvies en haar eetproblemen, terwijl ze er wel vanaf wisten. Daarbij moest ze ook zelf haar avondeten koken (wat natuurlijk niet echt ideaal is voor iemand met een eetstoornis) en werd er niet tegen haar gepraat. Ze voelde zich erg eenzaam tijdens die week, omdat de hele week geen enkele leidinggevende met haar een gesprek voerde. Daarbij kreeg ze ook naar haar mening teveel vrijheid. Ze mocht een half uur helemaal alleen naar buiten, terwijl ze ook last had van suïcidale gedachten. ‘De leiding nam totaal geen verantwoordelijkheid, in dat half uur kan iemand zichzelf gewoon iets aandoen.’ Er werd ook niet gelet op het slikken van medicatie. ‘Ik heb die hele week mijn medicatie niet geslikt omdat niemand het controleerde.’

Toen ze uiteindelijk de behandeling kreeg heeft ze eerst twee maanden een groepsbehandeling gedaan, waarbij er werd gekeken naar wat er bij haar het beste zou passen. Na 3-4 maanden groepsbehandeling kreeg ze ook psychomotorische therapie (PMT) erbij.  Deze therapie hielp haar in het moment zelf wel, maar buiten de sessies om had ze er weinig aan.

Na 8 maanden stopte deze behandeling. In eerste instantie zou ze nazorg krijgen, maar uiteindelijk ging dat niet door. Hierdoor werd ze enorm teleurgesteld. Van te voren was haar namelijk verteld dat ze de nazorg zou krijgen als ze een bepaald gewicht zou bereiken. Volgens de instelling zou dat moeten lukken als ze zich hield aan haar voedingsschema. Ze heeft zich gehouden aan de gemaakte afspraken, maar toch had ze het gewicht niet bereikt. Hierdoor kreeg ze geen nazorgbehandeling. ‘Ik vind niet dat je een behandeling zo kan afsluiten. Nazorg zou voor iedereen moeten gelden en niet voor mensen die een bepaald gewicht hebben bereikt. Ik heb echt mijn best gedaan maar alleen vanwege mijn gewicht had ik er geen recht op. Het voelt nog steeds alsof ik niet een behandeling heb verdient’.

Uiteindelijk heeft ze na 3-4 maanden wachten wel weer een behandeling gevonden. In het begin van deze tussenstop voelde ze zich nog prima, maar na 2 maanden maar na 2 maanden merkte ze wel dat ze niet meer in behandeling zat. Ze was toen nog steeds op zoek naar een plek om therapie te krijgen. Ze mailde naar de plek waar ze ook de groepstherapie en PMT had gekregen of er plek voor haar was om terug te komen. Die plek was er, alleen deze keer kwam ze wel bij een andere behandelaar terecht. Dit was ongeveer aan het einde van 2020.

In het najaar van 2021 is ze 18 geworden. Als je volwassen wordt, wordt de zorg anders geregeld. Ze moest opnieuw een traject aanvragen en ook eigen risico betalen. Omdat het eigen risico 400 euro zou zijn voor 2 maanden, in plaats van 400 euro voor een heel jaar had ze besloten om haar behandeling weer in januari te startten, zodat ze niet heel veel geld kwijt was. Eigenlijk wilde ze toen naar een andere instelling, omdat de behandeling die ze had aan het einde niet meer aansloeg. Zowel zij als haar psycholoog hadden het idee dat ze vastzat en de behandeling niet meer voor haar werkte. Ze had toen contact opgenomen met een instelling die net haar hulpvraag wel vooruit zouden kunnen. Het probleem was alleen dat de instelling niet reageerde. Het gevolg was dat ze weer naar haar oude psycholoog moest mailen, of er nog plek was in die instelling. Die plek kreeg ze bij een andere psycholoog, alleen ze gaat er nu maar 2 keer per maand naartoe.

Eigenlijk heeft ze nog steeds niet de hulp die ze echt nodig heeft. Ze heeft een grote hulpvraag waar geen behandeling voor is. Er wordt steeds focus gelegd op een onderdeel van haar hulpvraag, maar niet op het gehele plaatje en de onderliggende problemen. ‘Het is een soort cyclus, mijn hulpvraag is te breed waardoor er 1 probleem van mijn hulpvraag wordt opgelost maar niet het grote plaatje. Daarom heb ik daarna weer een nieuw probleem, want het grote probleem is er nog steeds.’ Daarbij is haar motivatie ook steeds meer verdwenen. In het begin van haar traject had ze nog de motivatie om een behandeling te starten en omdat ze nog minderjarig was kreeg je daar ook hulp bij, door bijvoorbeeld doorverwijzingen. Nu ze 18 is wordt ze niet meer geholpen met het vinden van een geschikte instelling en zelf een instelling zoeken is erg moeilijk. ‘Waar moet je kijken? Zelf heb je ook geen idee wat een goede plek is.’

Als je zelf het systeem zou mogen aanpassen, wat zou je dan veranderen?

‘Ja natuurlijk heb je meer mensen nodig maar die kun je er niet zomaar bij halen. En je kan ook niet van de mensen die er wel zijn vragen of ze 60 uur kunnen werken. Maar wat wel echt belangrijk is, is het zijn van een luisterend oor. Oordeel niet over iets waar je niet alles van weet, maar luister naar diegene en heb geduld voor diegene. Wanneer iemand aangeeft dat diegene de motivatie heeft om een behandeling te starten, geef diegene in de tussentijd dan de ruimte om met iemand te praten die een beetje verstand heeft van het probleem. Doe in ieder geval iets met die motivatie, want anders is die motivatie snel weg.’